Ode aan het enthousiasme (Judas)
Ik ben het steentje in je schoen.
Ik ben de afwas die je nog moet doen.
Ik ben de sjaal die je twee dagen per jaar draagt.
Ik ben het zwaard dat past bij je baard.
Want alles kan verkeerd gaan.
Alles kan stuk vallen tegen wie je was.
Dus de vraag is of het past.
Kan alles.
Kan alles?
Wil ik alles?
Willen we alles?
Willen we dat de hemel in ons leven kan vallen?
Want voor ons ben ik opgestaan.
Voor ons ben ik mezelf begaan.
Voor de wereld gun ik jou mezelf daar.
Er zijn wolken.
Grote hoge kolommen.
Pilaren van water die in zichzelf kolken.
En er is donder.
Er is bliksem.
Wat ik najaag.
Wat ik miste.
Geef jezelf dan tenminste.
Hang acht dagen aan een eik.
Hang acht dagen en bezwijk.
Hang acht dagen en herrijs.
Want ik ben de broek die te strak zit.
Ik ben de vochtplek in je ondergoed.
Ik ben alle gescheurde verpakkingen naast de prullenbak.
Ik ben alle uitgetrapte peuken in je binnenzak.
Ik ben alle lege flessen tegen een brug aangesmeten.
Ik ben met jou mezelf
zo blijf ik in leven.
Ik ben de afwas die je nog moet doen.
Ik ben de sjaal die je twee dagen per jaar draagt.
Ik ben het zwaard dat past bij je baard.
Want alles kan verkeerd gaan.
Alles kan stuk vallen tegen wie je was.
Dus de vraag is of het past.
Kan alles.
Kan alles?
Wil ik alles?
Willen we alles?
Willen we dat de hemel in ons leven kan vallen?
Want voor ons ben ik opgestaan.
Voor ons ben ik mezelf begaan.
Voor de wereld gun ik jou mezelf daar.
Er zijn wolken.
Grote hoge kolommen.
Pilaren van water die in zichzelf kolken.
En er is donder.
Er is bliksem.
Wat ik najaag.
Wat ik miste.
Geef jezelf dan tenminste.
Hang acht dagen aan een eik.
Hang acht dagen en bezwijk.
Hang acht dagen en herrijs.
Want ik ben de broek die te strak zit.
Ik ben de vochtplek in je ondergoed.
Ik ben alle gescheurde verpakkingen naast de prullenbak.
Ik ben alle uitgetrapte peuken in je binnenzak.
Ik ben alle lege flessen tegen een brug aangesmeten.
Ik ben met jou mezelf
zo blijf ik in leven.
Reacties
Een reactie posten